Culy Homemade: groene pannenkoekjes met een gepocheerd ei
Deze groene pannenkoekjes zijn onweerstaanbaar! Door het beslag gaan onder andere spinazie, bosuitjes en komijn. Speciaal voor Pasen geven we een zwieper aan het recept van Ottolenghi en gaan we voor een gepocheerd (paas)ei on top.
Voor de groene pannenkoekjes
Laat eerst de spinazie slinken in een pannetje met een klein beetje heet water. Laat de spinazie uitlekken en afkoelen, knijp het overtallige vocht uit de spinazie en hak ‘m fijn.
Meng in een grote beslagkom het zelfrijzend bakmeel, bakpoeder, zout, komijn, het hele ei en de melk. Voeg ook de gesmolten boter toe. Geen paniek als je een vrij stug beslag krijgt: dat hoort bij het plan. Doe hier de gehakte spinazie, bosuitjes en groene chilipeper bij en roer even door met een vork.
Klop het eiwit met een mixer tot het stijf is. Schep dit voorzichtig door het beslag voor de groene pannenkoekjes.
Verhit een beetje olijfolie in een pan met anti-aanbaklaag en schep het beslag in hoopjes van ongeveer twee eetlepels in de pan. Druk het een beetje aan zodat ze mooi plat worden. Keer de pannenkoekjes na twee à drie minuten om en laat net zo lang bakken op die kant.
Voor de gepocheerde eieren
Zet een niet al te diepe pan met kokend water op het vuur. Voeg een scheut azijn toe.
Breek de eitjes in aparte bakjes. Zet het vuur onder de pan met water laag, tot het water heel zacht kookt. Maak eerst met behulp van een vork of lepel een draaikolk in het water van de pan en voeg dan voorzichtig een eitje toe. Maak de pan niet te vol: pocheer de eitjes solo of in tweetallen.
Schep ze na ongeveer drie minuten (voor een heel zachtgekookt eitje) met een schuimspaan uit de pan en laat ze even uitlekken op keukenpapier.
Het bord opmaken
Stapel de pannenkoekjes op een bordje – 2 of 3 per persoon, afhankelijk van de grootte van je pannenkoekjes en de grootte van je eetlust – en leg het gepocheerde eitje er bovenop. Maak af met wat zout en peper en eventueel wat bieslook. Tot slot druppel je de gesmolten boter over de pannenkoekjes heen.