Culy Homemade: omgekeerde bananencakejes met karamel
Omgekeerde bananencakejes met karamel: what’s not to love? Je maakt ze – heel eenvoudig – in een muffinbakvorm. Smeuïg, zoet en éxtra lekker met een bolletje ijs.
Toen we deze video van Tasty zagen, wisten we dat we aan de slag moesten: omgekeerde bananencakejes met karamel maken. Zó lekker!
Het is een eenvoudig recept, alleen het gedeelte met de karamel is een beetje tricky. Daarbij moet je echt goed op blijven letten, zodat de karamel niet verbrandt. Voor de rest is het appeltje-eitje. Eh, banaantje-eitje…
> Ook handig: 10 dingen die je kunt doen met (over)rijpe bananen
Zo maak je het beslag voor de bananencakejes
Verwarm de oven voor op 180 graden. Zet een muffinbakplaat klaar en vet elk vakje goed in met wat olie of boter.
Prak de vijf bananen fijn in een grote kom. Voeg de losgeklopte eieren toe, de olie, suiker en de kaneel. Doe de bloem erbij en meng dit goed door.
Zet een pannetje met een dikke bodem op medium vuur en smelt daarin de boter tot ‘ie bruist. Voeg dan de bruine suiker toe en meng met de boter tot de suiker is opgelost.
Laat dit mengsel voorzichtig een beetje bubbelen, tot het op een karamel lijkt. Haal het dan meteen (!) van het vuur en verdeel het over de bakjes in een muffinvorm.
Snijd de extra banaan in plakjes en leg in elk vakje een plakje banaan. Vul de vakjes daarna tot 3/4e met het beslag voor de cakejes. Laat 20 tot 25 minuten goudbruin bakken op 180 graden in de oven. Check met een satéprikker of ze goed gaar zijn.
Stort de cakejes daarna meteen ondersteboven op een rekje of plank. Komen ze niet los? Snijd ze eerst rondom voorzichtig los met een mesje.
Serveer de omgekeerde cakejes met een bolletje vanille-ijs erbovenop.