Wildplukken met Yvette van Boven: “Ik vind het heel leuk om gratis eten te plukken!”
Dat je met wildplukken je gerechten kunt verrijken en van een eigenzinnige draai kunt voorzien (en dat nog gratis ook), weten toonaangevende chefs al heel lang. Iemand die al dat lekkers uit de natuur er ook feilloos uit weet te pikken, is Yvette van Boven. Ze vulde er een nieuw boek mee: Van Boven in het wild. Culy mocht met Yvette mee op wildpluk in Amsterdam-Noord.
Wildplukken in de stad
Het Noorderpark in Amsterdam-Noord lijkt op het eerste gezicht nou niet de plek waar je naartoe moet voor eetbare ingrediënten. Maar Yvette van Boven weet dat eetbare planten zo’n beetje overal groeien. Zelfs in jouw buurt. Je moet ze alleen wel even leren herkennen.
Al haar hele leven kookt Yvette met wildpluk: van hondsdraf tot brandnetel en van fluitekruid tot aan meidoorn. En dan niet alleen in West Cork (Ierland), waar ze afwisselend met Amsterdam woont. Want ook in het stadsplantsoen kun je bossen van die eetbare planten vinden. Als je maar goed kijkt.
Van Boven in het wild
Het is het onderwerp van Yvette’s nieuwe boek: Van Boven in het wild. Deels herbarium (met prachtige foto’s door haar man Oof Verschuren), deels eetbare-plantengids én een receptenboek. Ze leert je de meest voorkomende lekkere wilde plantjes te herkennen (ze verzamelde er 50 in het boek), vertelt je waar ze naar smaken én laat je zien hoe je ze kunt verwerken in een heerlijk gerecht.
Het boek staat vol met spannende wilde pizza’s, lekkere drankjes, salades en groentegerechten, soepen en stoven, pasta’s, broden, zoete gerechten, bloemenboter, kazen en nog veel meer. Yvette kookt bijvoorbeeld een vijgenblad panna-cotta, maakt dahl met wildpluk & snelle chili-olie en bakt een heerlijke vlierbessenfocaccia met berenklauwzaad.
Als je al dat wilde lekkers even niet hebt kunnen vinden, geen paniek: er staan ook tips voor alternatieven bij de recepten, zowel uit het wild als uit de winkel. Zo kun je altijd een lekkere maaltijd bij elkaar scharrelen, ook als je geen zin hebt om te plukken.
Wildplukken met Yvette
Overigens hebben we er in dat Noorderpark geen last van: er wordt tegenwoordig minder gemaaid door de gemeente, het was een warm voorjaar, daardoor is de boel behoorlijk doorgeschoten. “Het is net een supermarkt aan verse kruiden!”, roept Van Boven enthousiast.
Gewapend met een linnen tasje gaan we aan de pluk. Ze neemt ons mee langs klaverblad, hondsdraf, koolzaad en haar favoriet: brandnetel. Yvette: “Omdat je er héél veel mee kunt en omdat het o-ver-al is. Je kunt het in bulk plukken, dat vindt niemand erg.”
Sowieso was het haar doel om in het boek alleen plantjes op te nemen die iedereen kan plukken: “Er staan rond de vijftig planten in. Het is dus zeker niet volledig – zo denk ik dan: ohh, vogelmuur moest er eigenlijk ook in, arghh! – maar het zijn allemaal planten die je hier tussen de stoeptegels vindt en waarvan je niet wist dat je ze kunt eten.”
Yvette’s eigen gin
We nemen onderweg verse vlierbloesems mee voor de chef van Pompet, waar we na het wildplukken neerstrijken om lekkere recepten uit het boek te proeven. Zo proosten we op het boek met een gin-tonic met Yvette’s eigen Wild Woodland Gin: een gin die is geïnfuseerd met wildpluk (te koop bij de Wijnwinkel).
Ook snoepen we van wilde bitterballen van Krokettenkunst (met kaas en wilde kruiden), plaattaart met paardenbloemblad & gorgonzola, en geroosterde spitskool met wildpluk-geitenkaas. Allemaal zó lekker – en dan te bedenken dat die heerlijke smaakmakers gratis in de natuur voorhanden zijn. Wij gaan vaker aan de wildpluk!
Een paar lekkere wilde plantjes aldus Yvette (en wat je ermee kunt):
- Vlierbloesem: niet alleen de bloemen zijn heerlijk om bijvoorbeeld siroop van te maken; ook de bloemknopjes zijn bruikbaar. Leg je ze in het zuur, dan kun je er een soort kappertjes van maken.
- Kleefkruid: makkelijk te herkennen (het blijft namelijk aan je plakken) en vooral als ‘t jong is, heel lekker – aldus Yvette.
- Weegbree: lekker in een salade.
- Meidoorn: de besjes zijn fantastisch om ketchup van te maken.
- Look-zonder-look: op de boterham of in de sla.
- Fluitenkruid: fantastisch door de pasta. Gebruik het ongeveer zoals kervel. Heel mooi ook als je er zelfgemaakte pastavellen mee maakt (zoals Yvette voordoet in haar boek).
- Brandnetel: Yvette: “Zodra ze in de zaad schieten zijn ze niet meer heel smakelijk, maar de blaadjes wel”. Gebruik ze als spinazie, absurd lekker in alles.
- Lievevrouwebedstro: altijd eerst verwarmen, dan komt de geur naar boven. Lekker in wijn en drankjes.
- Hondsdraf: een superlekker blaadje met iets peperigs.
- Paardenbloem: familie van de chicorei (witlof), met het bittere van andijvie. Neem de jonge blaadjes en gebruik het net als de Fransen in een chique salade.
- Dovenetel: prachtig in de sla.
- Koolzaad: de knopjes van de plant kun je gebruiken als bimi of cime di rapa (Italiaanse raapsteel).
- Kleine wilde roosjes: de blaadjes, maar vooral ook de bottels. Daar kun je rozenbottelketchup van maken.
> Van Boven in het wild (Nijgh & Van Ditmar) is nu te koop voor € 34,95.