Redactie Inspiratie 28 feb 2016, 16:00

Leestijd: 2 minuten

Wat is zuurdesembrood precies en hoe maak je het zelf?

Zuurdesembrood is hipper dan hip, maar wat is het eigenlijk precies? Vandaag vertellen we je alles over zuurdesembrood én leggen we je uit hoe je het zelf kunt maken. 

Hoewel sommigen denken dat zuurdesembrood vooral te maken heeft met het type bloem, draait het juist om het rijsmiddel wat zorgt voor de aparte smaak. In plaats van gist wordt er namelijk een zogenaamde ‘zuurdesem starter’ gebruikt, waarbij wilde gist uit bloem wordt ‘gevangen’.

De smaak van zuurdesembrood

Het vangen van de wilde gist doe je met behulp van fermentatie. Door een mengsel van bloem en water dagenlang op kamertemperatuur te laten staan, ontstaan bacteriën die er weer voor zorgen dat de gist als het ware naar boven komt.

Uiteindelijk wordt een beetje van de starter gebruikt voor het bakken van brood, wat resulteert in een wat zuurdere smaak. Ook is het brood langer houdbaar en zou je maag het beter kunnen verteren. Of het ook daadwerkelijk gezonder is ligt geheel af van het gebruikte type bloem in het brood.

Hoe maak je een zuurdesem starter

Zoals hierboven al aangegeven heb je dus een ‘starter’ nodig. Hiervoor heb je slechts bloem, water, een grote glazen pot of hoog plastic bakje, een theedoek en een flinke emmer geduld nodig.

Er zijn verschillende manieren om je starter te maken, maar wij gaan uit van de methode zoals beschreven op de website van The Guardian.

Doe voor de starter 200 gram bloem (bijvoorbeeld patent-, volkoren- of roggebloem) met 200 gram koud of water op kamertemperatuur in een glazen pot met een inhoud van ten minste 750 milliliter. Meng de bloem met het water, sluit de pot af met de theedoek en zet op een warme plek.

Wachten en voeden

Laat het mengsel een paar dagen rusten, maar roer zo nu en dan. Na een dag of twee zul je zien dat er luchtbelletjes zijn gevormd. Dit is een teken dat de starter (en dus de wilde gist) actief is en in volume zal toenemen.

Om je zuurdesem starter tevreden te houden moet je hem ook voeden. Dit doe je met ongeveer 100 gram verse bloem en 100 gram vers water, totdat je starter een soort sponsachtige structuur heeft gekregen en vol met luchtbellen zit.

Vervolgens kun je aan de slag gaan met het bakken van je brood. Hiervoor gebruik je slechts een deel van de starter, maar let wel op dat je de hoeveelheden precies afmeet zoals beschreven in het recept. Kijk bijvoorbeeld hier of hier voor een fijn recept.