Wat is het verschil tussen bosui, lente-ui en salade-ui?
De bosui is een graag geziene gast in onze keuken, maar wat is nu het verschil tussen bosui, lente-ui en salade-ui? Tijd om orde te scheppen in deze chaos. Daarom duiken we vandaag in de fris-pittige wereld van deze smalle, groene stengels en vertellen we je ook wanneer je bijvoorbeeld alleen het groene en alleen het witte gedeelte gebruikt.
Wat is bosui?
De bosui, ook wel bekend als lente-ui, is een absolute held in onze Nederlandse keukens. Hij behoort tot de uienfamilie en is een veelgebruikt ingrediënt. Geen wonder: met zijn verfrissende, milde uiensmaak en knapperige textuur is ‘ie lekker om rauw in salades te gebruiken, maar ook om kort mee te bakken in roerbakgerechten.
Naast zijn typische smaak, is ook de kleur een fijne bijkomstigheid voor het esthetische aspect van je gerechten. Lichtgroene, flinterdunne ringetjes bosui fleuren elk gerecht op.
Wat is het verschil tussen bosui, lente-ui en salade-ui?
Wie vaak bosui, lente-ui of salade-ui gebruikt, heeft zich vast eens afgevraagd wat de verschillen zijn. Logisch, want op ‘t oog lijken de groene stengels identiek te zijn. Toch is er wel degelijk een verschil dat niets te maken heeft met slimme marketing.
Dat verschil is er vooral tussen bosui en lente-ui. Deze twee uiensoorten zijn in principe identiek, enkel wordt de lente-ui een stuk vroeger in het jaar geoogst dan de bosui. Bosui is dus eigenlijk doorgegroeide lente-ui. Doordat ‘ie langer in de grond staat, is hij een stuk intenser van smaak.
Wat dan het verschil is met salade-ui? Tsja, daar kunnen we kort over zijn: niks. Salade-ui is bosui of lente-ui (kun je zien aan de kleur: hoe groener, des te ouder) maar dan met een slim marketingteam erachter.
Wanneer gebruik je het korte, witte deel?
Het witte deel van deze ui-achtige is meestal een klein bolletje en zorgt dat je kunt zien dat ‘ie familie is van de uien. Zijn lange groene stengel verraadt het namelijk niet. Enfin: met maar een kort wit deel en relatief lang groen deel heb je je vast wel eens afgevraagd wanneer je nu enkel het witte deel van de bosui gebruikt?
Omdat het witte deel van de ui een intensere smaak heeft dan het groene deel, wordt ‘ie vaak apart gebruikt in gerechten. Zie dit als het uitje om te fruiten als je de bosui in warme gerechten gebruikt. De textuur is dan wel zacht, maar de smaak is heftig. Het is daarom ook niet aan te raden het witte gedeelte rauw te eten, want hoe flinterdun je het ook snijdt, je zult nog minstens 24 uur kunnen ruiken dat je bosui gegeten hebt.
Wanneer gebruik je het groene deel?
Het groene gedeelte van de lente-ui is ideaal om rauw te eten. Je blijft ui proeven, maar de smaak is een stuk milder dan in het witte deel. Snijd het groene deel in fijne ringetjes en gebruik het als garnering op gerechten (het is zo lekker knapperig) of roer ‘t door een frisse salade, over je sushi of gebruik het als garnering op soepen, stoofschotels en visgerechten.
Je kunt het groene gedeelte van de salade-ui ook érg goed gebruiken voor okonomiyaki, je weet wel: die lekkere hartige Japanse pannenkoek.
Bosui bewaren, hoe doe je dat?
Hartstikke leuk zo’n bosje ui, maar wat doe je met de rest? Geen paniek! Om je stengel-uien lang vers en knapperig te houden, wikkel je hem gewoon in een paar vochtige keukenpapiertjes en bewaar je hem in een ziplock-zakje in de koelkast. Het vocht van het papier zorgt ervoor dat hij niet uitdroogt.
Natuurlijk is het wel slim om de bosui binnen 5-7 dagen te gebruiken, zodat zijn smaak lekker fris blijft. Dus geen excuus meer om die overgebleven bosui te laten verschrompelen in de groentelade – bewaar ‘m goed en tover hem binnenkort tevoorschijn in een smaakvol gerecht!
Lekkere recepten met bosui:
- Vegan soba noodles met bosui
- Geblakerde bosuitjes voor bij de barbecue
- Pittige eieren met rijst en bosui