Nancy van Batenburg Inspiratie 15 mei 2018, 12:00

Leestijd: 1 minuut

Seroendeng: gebakken kokos met Indonesische specerijen

Bij elke Indonesische rijsttafel kom je ‘m tegen: seroendeng. Het is een droog bijgerecht waarin je kokos en pinda’s herkent. Maar wat zit er nog meer in seroendeng? En kun je het ook zelf maken?

Officieel wordt seroendeng in de Indonesische keuken vooral over rijst gestrooid. Maar je kunt het praktisch overal bij eten: nasi, ajam smoor, rendang, saté, sperziebonen en legio andere gerechten uit de Indonesische keuken. Je voegt daarmee niet alleen extra smaak toe aan een gerecht, maar ook textuur.

Wat zit er in seroendeng?

Het is een mengsel van geraspte kokos, pinda’s (vaak nog met het rode vliesje eromheen), gebakken uien (bawang goreng in het Indonesisch), bruine suiker en specerijen. Meestal zijn dat ketoembar (korianderzaad) en djinten (komijn), laos en kentjoer (familie van gember).

En dan kun je ook nog uit je dak gaan met sereh (citroengras), gedroogde limoenblaadjes en Indische laurier, daun salam genaamd.

Hoe maak je het zelf?

Seroendeng is een droog mengsel: daarom kun je het vaak (in de supermarkt of toko) in potjes kopen die je ongekoeld kunt bewaren. Maar zelf maken is nog véél lekkerder. En bonus: je keuken gaat er ontzettend lekker van ruiken.

Wij slaan er graag dit recept van Beb Vuyk op na: een bekende Nederlandse schrijfster van Indisch-Nederlands afkomst. Of volg de stappen op in onderstaande video, dan kom je er ook.

Zelfgemaakte seroendeng kun je ongeveer een maand bewaren, in een afgesloten pot of blik. Ook lekker op een (witte) boterham!