Melvin Sturm
Melvin Sturm Inspiratie 12 jul 2024
Leestijd: 5 minuten

5 vragen aan Raghenie Bhawanie: ‘De Surinaamse keuken leent zich uitstekend voor Hollandse groenten’

In Culy’s vaste rubriek stellen we steeds vijf culinaire vragen aan een bekende foodie over zijn of haar eetgewoonten. Dit keer legden we ons vragenvuur voor aan… kookboekenschrijfster Raghenie Bhawanie.

Surinaams eten moeilijk en tijdrovend? Niet als het aan Raghenie Bhawanie ligt. Wat haar betreft is de Surinaamse keuken omarmen haar ook begrijpen. In haar nieuwe kookboek ‘Madame Jeanette‘ biedt ze met een flinke dosis humor een kijkje in de traditionele Surinaamse keuken om er vervolgens een eigen draai aan te geven met Hollandse ingrediënten als spitskool en spruitjes. Uiteraard kookt ze ook met kousenband, sopropo en okra. Eten met pit hoeft volgens haar niet alleen pittig te zijn, maar vooral smaakvol.

Raghenie is geboren in Leeuwarden waar ze een Hindoestaanse opvoeding kreeg van haar Surinaamse moeder. Ze at pas appelmoes op haar achtste, maar kreeg Surinaamse gerechten met van oorsprong Javaanse, Creoolse, Indiase en Chinse invloeden met de paplepel ingegoten. De hoogste tijd voor de redactie van Culy om haar een aantal pittige vragen voor te schotelen dus!

https://www.instagram.com/p/C8L9wwIoPZ2/?img_index=1

5 vragen aan Raghenie Bhawanie

1. Je boek heet Madame Jeanette, waar komt de liefde voor pepers vandaan?

Raghenie: “Het grapje ‘Raghenie heeft altijd een madame jeanette in haar achterzak’, heeft geloof ik een jaar of 7 in mijn Instagram-bio gestaan. Dat achterzakverhaal is ietwat gechargeerd, maar er zit zeker een kern van waarheid in, de madame jeanette ligt namelijk ALTIJD in mijn vriezer.

De madame jeanette is by far mijn favoriete ingrediënt in de keuken, niet alleen omdat het de meest aromatisch peper ter wereld is (ik ben heus niet bevooroordeeld), maar ook omdat het wat mij betreft alle verschillende Surinaamse keukens met elkaar verbindt. 

Suriname bestaat uit een mengelmoes van mensen uit alle windstreken van de wereld. Afrika, China, India Indonesië en de inheemse bevolking maken de Surinaamse keuken. Deze groepen zijn veelal onvrijwillig (tijdens de slavernij en vlak daarna) in het land terecht gekomen en brachten allemaal hun eigen culinaire tradities met zich mee. In Suriname kregen ze een eigen karakter, dat is wat mij betreft precies wat de Surinaamse keuken typeert: die culinaire smeltkroes en de madame-jeanette die dit symboliseert en samenbrengt.”

Alles over madame-jeanettepeper: de heter dan hete smaakmaker

2. Welke (onbekende) peper moeten mensen volgens jou écht proberen?

“Dat is een inkoppertje natuurlijk! De madame-jeanette is nog niet overal in Nederland even makkelijk te krijgen, maar gelukkig kan je de pepers samen met mijn boek via de webshop van peperteler Westland Peppers bestellen. Zij kweken hele lekkere pepers zoals de madame-jeanette in kassen hier in Nederland.”

3. Welk recept is je het meest bijgebleven tijdens het maken van dit boek?

“De roti-recepten uit Madame Jeanette zijn voor mij heel speciaal omdat ik hierop ben grootgebracht als tweede generatie Surinaams-Hindoestaanse. Er kleeft veel sentiment aan voor mij. Tijdens het schrijven van Madame Jeanette kwam ik erachter dat mijn betovergrootvader uit India als contractarbeider op plantage Peperpot in Paramaribo werkte, onder omstandigheden die niet veel verschilden van slavernij.

Ik beeld me vaak in hoe hij met een koffer vol dromen en een zakje masala naar Suriname reisde en het land verrijkte met roti.”

4.  Naar welk adresje ga je zelf het liefst als je geen zin hebt om zelf te koken?

“Ik heb verschillende adresjes in Amsterdam, maar ik eet het liefst de gerechten van de verschillende bevolkingsgroepen van Suriname bij de mensen zelf. Voor een broodje Javaanse kip ga ik naar Tjin’s Toko, Javaanse baka bana en bami eet je bij Spang Makandra. Voor een echte Afro-Surinaamse moksi alesi ga ik naar Ricardo’s in Oost, mijn Chinese moksi meti eet ik het liefst bij Kam Yin en roti bij Gieta in West of Rustem in de Kinkerstraat.

Tip: je moet geen roti eten bij een Surinaams-Chinees, dat is als haring eten bij de groenteboer!”

6 x adresjes voor de lekkerste roti in Amsterdam

5. Je geeft een moderne draai aan je gerechten. Waarom vind je dat de Surinaamse keuken een moderne twist nodig heeft?

“Ik denk niet dat de Surinaamse keuken per se een moderne draai nodig heeft. Wat ik wel geloof, is dat Surinaamse recepten zich uitstekend lenen voor lokale, Hollandse groenten. Dat is de twist die ik geef aan de Surinaamse gerechten. Daarmee volg ik eigenlijk het voorbeeld van mijn voorouders, die hun recepten verrijkten met wat in Suriname beschikbaar was toen ze van India daarheen migreerden.

Ik maak graag Surinaams tafelzuur van oer-Hollandse biet, mijn tjatnie (Hindoestaanse chutney) van Granny Smith-appels en bij mijn roti serveer ik graag Hollandse aubergine en spruitjes in masala. Het smaakt ook echt beter als je bedenkt dat de kousenband niet eerst de halve wereld over heeft moeten vliegen om op mijn bord te belanden; sperziebonen zijn net zo lekker. Bovendien eet ik maar één of twee keer per week vlees. Dat zie je terug in mijn boek, waar de nadruk écht ligt op recepten met groenten in de hoofdrol.”

Bonusvraag! Welke tip geef je mee aan mensen die pittiger zouden willen eten?

“Baby steps! Begin met een beetje sriracha door je ketchup of een extra klodder mosterd op je hotdog. Het is goed om te weten dat de madame-jeanette door veel bevolkingsgroepen in Suriname anders wordt gebruikt, waardoor je veel kunt leren over hoe je haar kunt toepassen zonder je smaakpapillen te verschroeien.

De inheemse – en inmiddels ook veel gebruikte Afro-Surinaamse – manier om de madame-jeanette te gebruiken, is door de peper in haar geheel zacht mee te stoven in bijvoorbeeld een pot bonen of een soep. Hierdoor krijg je alleen het fruitige aroma van de peper en een klein beetje pit.

De Javaanse manier is om de peper in de vijzel fijn te stampen of fijn te wrijven tot een bumbu en deze daarna te bakken als basis in gerechten. Zo verliest de peper iets van haar pittigheid maar blijft ze erg smaakvol.

Daarnaast kun je natuurlijk ook gewoon de pitjes en zaadleider weghalen uit de peper (wat voor peper dan ook), want dit zijn de grootste boosdoeners wat pittigheid betreft. Is het niet grappig dat het woord ‘pit’ in pittigheid zit?

Meer 5 vragen aan:

Foutje gezien? Mail ons! Jouw feedback maakt Culy nóg lekkerder.

Dagelijks de lekkerste recepten in je inbox 🥘

Een mail waar het water je al van in de mond loopt.