Culy sprak Jamie Oliver over zijn nieuwe kookboek: 7 x anders
Jamie Oliver heeft een nieuw kookboek. Yes darling! In 7 x anders geeft hij je heel veel inspiratie voor de dagelijkse maaltijd. Culy belde met Jamie om meer te weten te komen over zijn nieuwe boek, hoe hij denkt over afhaalmaaltijden en welke recepten we móéten maken.
7 x anders
De insteek van 7 x anders is een interessante: Jamie heeft voor dit boek onderzocht welke ingrediënten we elke week in onze winkelmandjes stoppen. Wat blijkt? We kopen massaal dezelfde dingen. Denk aan kipfilet, zalmfilet en aubergines. Dat zit vastgeroest in onze routine, net als de gerechten die we er vervolgens mee koken. Omdat we druk zijn of geen inspiratie hebben.
Voor zijn nieuwe kookboek gaat Jamie Oliver uit van de 18 meest gekochte ingrediënten. Per ingrediënt (denk aan broccoli, zoete aardappel en gehakt) toont hij je 7 verrassende nieuwe manieren om ze te bereiden. En Jamie belooft: “Maximale smaak, minimaal gedoe.” Culy belde met Jamie.
Culy belt met Jamie Oliver
Hi Jamie! In je nieuwe boek laat je ons telkens 7 manieren zien om te koken met een bepaald ingrediënt. Van kip tot zalm tot aubergine. Hoe kwam dat idee tot stand?
Jamie: Ik heb voor de ingrediënten gekozen die het meest worden gekocht. Mijn filosofie was: als mensen deze ingrediënten toch al kopen, vergroot dat mijn kansen om ze te inspireren om iets nieuws te proberen.
Ik heb nooit eerder een boek op deze manier gemaakt, maar het is tot stand gekomen door data-analyse. En dus inzicht in wat mensen daadwerkelijk kopen.
Wat fascinerend is, is dat we daadwerkelijk steeds dezelfde ingrediënten kopen. De inhoud van het gemiddelde winkelmandje verandert zo’n 4% per week, heel weinig dus. Als je het met andere landen vergelijkt, verschillen we veel minder van elkaar dan je zou denken.
Ja, elk land heeft zijn eigen beroemde gerechten, maar de meesten van ons kopen elke week zalmfilet. En dat geldt ook voor kipfilet en bloemkool. Het is verrassend om te zien hoe vergelijkbaar onze winkelmandjes er wereldwijd uitzien.
Met dit boek wil ik mensen inspireren om met nieuw enthousiasme te kijken naar diezelfde ingrediënten. Om nieuwe technieken uit te proberen, te werken met nieuwe smaken, uit andere landen.
Jamie: “Het is verrassend om te zien hoe vergelijkbaar onze winkelmandjes er wereldwijd uitzien.”
… zoals avocadodeeg maken voor een quiche?
Ik was 6 jaar toen ik voor het eerst avocado proefde. 40 jaar geleden hadden mensen in Engeland nog nooit avocado gegeten. We gebruiken het hier vaak in salades, als dip of guacamole. Maar als je naar Zuid-Amerika gaat, zie je dat ze daar veel meer recepten gebruiken waarin ze koken met avocado. Dat verrast mensen vaak.
Een jaar of vijf geleden heb ik aan de universiteit een studie voeding gevolgd (Jamie deed de studie ‘Food Nutrition’ in Londen, red.). Avocado bevat veel gezonde vetten. Daar ben ik gaan denken: hoe kan ik die vetten gebruiken om toffe dingen mee te doen?
Het eerste waar ik aan dacht, was deeg maken. Door toevoeging van avocado krijg je een deeg dat ook wel doet denken aan deeg op basis van olijfolie, zoals je in Mediterrane landen veel ziet. Het is wat minder kruimelig, iets robuuster, maar het houdt ingrediënten goed vast.
Je leert als chef ook om Hollandaise en Béarnaise te maken. Ook daarin heb ik vaker avocado gebruikt, om sauzen te maken die bijvoorbeeld heel goed samengaan met vis. Kruiden erin en het werkt! Zo leer je om te experimenteren met smaken.
> Check het recept: quiche van avocadodeeg uit het nieuwe kookboek van Jamie Oliver
Je schrijft in het voorwoord dat dit boek het meest op de lezer gerichte kookboek is dat je ooit hebt gemaakt. Waarom is dat?
Ik wilde dit keer heel graag het meest gebruiksvriendelijke kookboek maken dat ik ooit heb gemaakt. Waarom? Misschien omdat ik ouder word en meer ervaren, maar ik denk dat ik best een ervaren kijk heb op de hele industrie.
Als ik kijk naar het boek dat ik 21 jaar geleden schreef, ging dat om het bereiken van een nieuw publiek, mensen die hard werken en laat thuiskomen en dan nog iets op tafel wilden zetten. Ik geloof nog steeds dat dat relevant is. Ik wilde dat idee alleen iets meer uitkleden, versimpelen.
Mijn filosofie was: de grootste reden om niet te koken, is boodschappen moeten doen en bepaalde ingrediënten moeten vinden. Zo kwam ik uit bij de data-analyse. Wat een saai verhaal is, maar wat ons wel hele accurate informatie verschafte over het gedrag van de lezers als het aankomt op boodschappen doen en koken.
Jamie: “Het is fijn dat we eten kunnen bestellen, maar waarom maken we daar niet een mooi recept voor met maximaal 8 ingrediënten?”
Wat vond je het meest verrassende aan het ontdekken van ons koopgedrag?
Het leerde me veel over hoe onze keuzes voor ons worden bepaald. Zalm was nooit de meest voorkomende vis in de meeste landen, hooguit in Schotland. Maar veel van onze grootouders aten een veel breder scala aan vissoorten. Het is altijd goed om nieuwe dingen uit te proberen, maar ik denk dat ik dat genoeg tijd en aandacht heb gegeven in andere boeken.
Nu met COVID-19 is er een energie voelbaar: veel meer mensen koken, bakken, kijken naar de lokale toeleveringsketen. De meeste supermarkten doen nu goede zaken, maar mensen kijken nu ook naar andere, lokale initiatieven. Hopelijk is de gemiddelde persoon per land als deze chaos voorbij is iets meer bewust, meer geïnspireerd, en beter op de hoogte van wat er binnen een straal van 20 kilometer te koop is.
Ben je niet bang dat kleine ondernemers die het nu moeilijk hebben door de crisis ten onder gaan?
Supermarkten zijn vooral handig en daarmee domineren ze de markt. Maar ze zijn ook bang: ze hebben veel voorraad, hoge kosten… ik verwacht dat ze nog wel een dreun gaan krijgen van Amazon en Google die hun kans afwachten.
Britse supermarkten hebben tijdens de crisis heel goed werk gedaan – ze hebben waarschijnlijk meer gedaan voor het volk dan de overheid. Maar wat je ook zag, is dat kleine ondernemers veel meer van zich hebben laten horen dan daarvoor. Velen van hen doen het nu supergoed.
Degenen die het moeilijk hebben, zou ik willen adviseren: deel met je klanten dat je worstelt, dat je hulp nodig hebt. Wat ik fantastisch vind: elke keer als een klein familiebedrijf aangeeft dat het niet goed gaat, staan er mensen op om ze te helpen. Misschien zullen de slagerijen en kleine delicatessenzaken het in een half jaar wel veel beter doen. Ik hoop het in ieder geval.
In 7 x anders is er ook een groot hoofdstuk gewijd aan ‘Fake Aways’: jouw versie van populaire afhaalgerechten. Waarom is dat?
Er is een enorm groeiend interesse in apps van bezorgdiensten. Ik heb veel onderzoek gedaan naar de populairste afhaalgerechten. Het is fijn dat we eten kunnen bestellen, maar waarom maken we daar niet een mooi recept voor met maximaal 8 ingrediënten?
Elke keer dat we een berekening maakten – zelfs met de mooiste ingrediënten – was dat altijd goedkoper dan afhaal. Ik denk dat zelfs de goedkoopste afhaalmaaltijd niet goedkoop is. Je bent voor vier personen minstens 20 euro kwijt.
Ik wilde gewoon een zo praktisch mogelijk boek maken, of dat nou gaat om afwassen, gezondere opties kunnen kiezen of afhaalmaaltijden vervangen. Ik wilde verschillende oplossingen bieden.
Is het een bewuste keuze geweest dat de 18 ingrediënten die je uitlicht alleen verse ingrediënten zijn?
Verse ingrediënten de held van het verhaal maken, is een beetje vergelijkbaar met een leadzanger in een band hebben. Spaghetti en risotto zijn fantastische achtergrondzangers.
Daarbij denk ik dat mensen vooral behoefte hebben aan inspiratie rondom verse producten om ze niet te hoeven verspillen. Hoeveel ik ook van spaghetti houd, we maken ons er nooit zorgen om het weg te hoeven gooien. Zelfs het kleinste restje kun je nog klein maken en door de soep doen.
Jamie: “Jullie hebben natuurlijk eerder linguine met garnalen gegeten, I know I know I know, maar: je hebt het nooit eerder gegeten met rokerig spek en rode wijn. Oh my god, delicious.”
Waarom vond je het belangrijk om maximaal 8 ingrediënten per recept te gebruiken?
Dat had ik natuurlijk niet hoeven doen. Maar omdat dit een boek is met gerechten voor maandag t/m vrijdag, is het een goed kookboek geworden voor mensen die druk zijn, maar ook dol zijn op lekker eten. Dat was het uitgangspunt.
Jullie weten dat ik dyslectisch ben, dus mijn relatie met woorden is niet al te best. Ik wilde dat het design van het boek voor zich zou spreken. Niet teveel woorden op een pagina, duidelijk, overzichtelijk.
Mijn boek 5 ingrediënten was een hit en ik denk dat dat is omdat mensen weinig tijd hebben om inkopen te doen. Daarbij denk ik ook dat de meeste mensen naar een kleine supermarkt gaan in plaats van de grotere, dus met een kleiner assortiment. Daarom heb ik voor een beperkte hoeveelheid ingrediënten gekozen.
Wat is je favoriete recept uit het boek?
Wat een oneerlijke vraag! Het hangt af van mijn stemming. Als het koud zou zijn en grijs, dan zou ik als je bij me langskwam de ovenschotel met puree en worst maken. Met veel mosterd. Wat het een interessant recept maakt, is dat ik bloem toevoegde aan de aardappelpuree. Dat maakt het een soort pasteideeg. Heel kruimelig.
Als ik iets snels en lekkers zou willen, zou ik de romige linguine met garnalen maken. Jullie hebben natuurlijk eerder linguine met garnalen gegeten, I know I know I know, maar: je hebt het nooit eerder gegeten met rokerig spek en rode wijn. Oh my god, delicious. Je krijgt een te gekke lichtroze roomsaus. Je kunt het in een paar minuten maken.
Je boek komt uit middenin een pandemie. Hoe past het in de huidige tijd?
Een deel ervan schreef ik voor de lockdown. En natuurlijk veranderde de wereld daarna compleet. Zeker de eerste vijf, zes weken van de lockdown. Voor veel mensen een zorgelijke, kwetsbare tijd. Interessant genoeg werkte ik heel hard in die periode. Ik maakte een tv-serie voor op je telefoon (Keep Cooking and Carry On, red.). En net als iedereen deed ik 1 x per week boodschappen. Bloem raakte op, eieren raakten op… we hadden dezelfde struggles.
Omdat het boek om alledaagse ingrediënten draait en omdat het gaat om de juiste mix tussen verwennerij, gezond en voor alledaags gebruik, zonder te hoge kosten – besefte ik dat het eigenlijk nog meer relevant is dan vóór de lockdown.
Voor mij heeft eten en koken altijd gedraaid om de vraag: hoe kunnen we ons beter voelen? Hoe kunnen we meer good stuff tot ons nemen? Dat is nu misschien wel belangrijker dan ooit.
Mensen raken vaak in de war, omdat ze bijvoorbeeld wordt gezegd dat ze gezonde dingen moeten eten, zoals avocado’s – terwijl anderen dan weer roepen dat die grote CO2-voetafdruk achterlaten. Ze zijn dan misschien wel goed voor jou, maar niet voor de planeet. Hoe vind je de juiste balans?
Dat is een diepe vraag. Wij, de consumenten, staan aan de ene kant, samen met de journalisten en onderzoekers. Aan de andere kant staan het land, dorp en de boerderij – vaak gaat het dan om een ontwikkelingsland dat moeite heeft om te groeien. Wat wij zien als onethisch, hoeft niet altijd de waarheid te zijn. Het zou kunnen, maar elders hebben ze misschien een andere kijk op deze kwestie.
Het is zo’n moeilijk vraagstuk. Grote supermarkten en merken worden steeds beter in ethische kwesties en fairtrade, wat erg belangrijk is. Maar soms moet je iets winnen om iets te verliezen. Elk land wil vooruitgang en we hadden hetzelfde verhaal met quinoa. Mensen zeiden: “Maar nu hebben ze zelf geen quinoa meer”. Ik weet het antwoord niet, maar ik weet dat het niet zo zwart-wit is.
In de geschiedenis is het verhaal altijd: witte man komt langs, knijpt de boel uit om een product voor lage prijs te krijgen en verkoopt het dan elders in de wereld tegen een hoge prijs. Maar als de boeren een goede prijs krijgen, kunnen investeren en schoenen voor hun kinderen kunnen kopen… tja, wat is dan goed of slecht? Ik weet het niet.
Wat ik in ieder geval wél weet: in de UK zijn er het afgelopen jaar meer avocado’s dan sinaasappels verkocht. Dus de Britten eten héél veel avocado’s…
7 x anders van Jamie Oliver is verschenen bij Kosmos Uitgevers © Jamie Oliver Enterprises Ltd (2020 7 Ways) Fotografie: Levon Biss. Het boek is nú te koop voor € 29,99.