Nog ‘ns op een rijtje: waarop moet je letten bij het proeven van wijn?
Het moge duidelijk zijn: wij zijn gek op wijn. Als we dan een aanbieding krijgen om aan een online wijnproeverij mee te doen, zeggen we zeker geen nee. Sommelier Ivar van Vinobox vertelt gepassioneerd over wijnen en hoe je het beste kunt proeven. We zetten de beste tips voor je op een rijtje.
Waar moet je opletten bij het proeven van wijn?
Stap 1: temperatuur
Wijn drinken op de juiste temperatuur, daar hoef je geen kenner voor te zijn. Een warme witte wijn is écht niet te doen, net zoals een ijskoude zware rode wijn. Zet op tijd de witte wijn koud en haal hem 10 minuten voor het proeven uit de koelkast. Rode wijn drink je het liefst op kamertemperatuur (op een paar uitzonderingen na), dus zet hem op een gezellig plekje en zet hem 10 minuten voor het proeven nog even in de koelkast.
Weetje: de term kamertemperatuur komt nog uit de tijd dat we nog geen kachels of CV in huis hadden, kamertemperatuur is dus eigenlijk 14-18 graden. Nu is het in onze geweldige, moderne huizen meestal rond 18 (of meer) graden. Zet de rode wijn dus ongeveer 10 minuten voor het proeven nog even in de koelkast.
Stap 2: Glazen, inschenken, rusten
Rode wijn drink je uit een breder wijnglas, terwijl je witte wijn uit een smaller, kleiner wijnglas drinkt. Waarom eigenlijk? De witte wijn blijft lekker, langer koud en de smaken vervliegen minder snel. Een rode wijn heeft juist veel zuurstof nodig voor haar smaken en het glas maakt het ook geschikter om te walsen, waardoor er nog meer zuurstof bij kan komen.
Schenk de wijn in, maar stop – wacht – ho!, niet meteen beginnen te ruiken, walsen of proeven. Laat eerst de wijn een paar minuten rusten, zodat er een beetje zuurstof bij kan komen. Als je nu gaat ruiken, ruik je de primaire geurtonen, die alles vertellen over hoe de wijn gemaakt is, zoals op rvs of op hout of misschien wel op oude whiskeyvaten.
Stap 3: Walsen, ruiken en proeven
Nu mag je gaan walsen om zuurstof toe te voegen, zodat de geurmoleculen vrijkomen, waardoor je de wijn echt kunt gaan ruiken. Je zult echt een verschil merken met stap 2. Ruik en definieer in je hoofd, mond en neus alle geuren die je tegenkomt. Het is soms lastig om te benoemen wat je ruikt, maar dat maakt niet uit, het gaat er voornamelijk om dat jij een idee krijgt wat voor wijn het is.
En vraag je zelf natuurlijk af: vind je hem lekker? Welke smaken spreken je aan? Ben je liever voor een zoete noot of juist iets zuurder? Of een zware, diepe wijn met veel tannine of juist een lichte rode wijn? Ieder heeft zijn eigen smaakprofiel en het ontdekken daarvan is een leuke bezigheid.
Bij officiële wijnproeverijen spugen ze na het proeven de wijn uit, maar dat vinden wij zonde voor het proeven van een fles wijn. Laat hem wel even in je mond rondgaan zodat alle smaakpapillen kunnen genieten van de wijn voordat je helemaal los gaat.
Weetje: bij bierproeverijen spugen ze nooit het bier uit, omdat een deel van de smaakbeleving in de keel plaatsvindt.
Vinobox
Naast deze tips vertelt sommelier Ivar heel laagdrempelig, fantastische (achtergrond)verhalen rondom de wijnen die in de klein-maar-wijnbox zitten die je als eerste thuis gestuurd krijgt. Dit is een soort tastingbox, waarin vier tubes zitten met uiteenlopende wijnen.
Je gaat aan de gang met proeven (stap 1 t/m 3) en geeft in jouw persoonlijke omgeving aan wat je van de wijnen vond. Op basis hiervan krijg je een smaakprofiel, jouw vinoprint. En dan krijg je drie afgestemde wijnen thuisgestuurd. Wat wil je nog meer, een doos met wijn, die bij je passen, bij je thuisbezorgd? Wij zijn om en wachten met smart op onze Vinoboxen!
Tip van Ivar: “Water drinken tussen de wijnen in heeft eigenlijk niet heel veel zin, alleen als je heel veel wijnen gaat proeven. Water is net zoals olie, dit mengt niet goed met elkaar, dus het neutraliseert maar een klein beetje. Een stukje brood werkt vaak beter.”
Meer informatie over de Vinobox is te vinden op de website.