Redactie Drinken 7 feb 2016, 20:00

Leestijd: 3 minuten

Mr. Vino vertelt: Vin nature, de populaire natuurwijnen van dit moment

Deze keer schrijf ik niet over het combineren van eten en drinken, maar over wijn die je weer steeds vaker op wijnkaarten ziet: natuurwijn oftewel Vin nature, ook wel Vin naturel genoemd.

Ik zeg bewust weer, omdat Vin nature in de jaren 80 van de vorige eeuw ontstaan is. Simpelweg als tegenhanger van wijnen die (met de nodige hulpmiddelen en toevoegingen) meer en meer ‘fabrieksmatig’ werden gemaakt. Alles onder controle, met een constante ‘kwaliteit’ én betaalbaar.

Wellicht passend in de huidige tijd van duurzaamheid, ecologische voetafdruk, et cetera, is Vin nature aan een opmars bezig. Net zoals biologische wijnen en biodynamische wijnen. Bij biodynamische wijnbouw worden alle handelingen in de wijngaard en tijdens het wijn maken afgestemd op de (veranderingen in) stand van de zon, maan, sterren en planeten. Geen hocuspocus, maar een diep geloof in de natuur en de invloed van de kosmos daarop. Maar daarover in een ander blog meer.

In veel (hippe) restaurants zie je een afdeling Vin nature op de wijnkaart. Glouglou, een fijne wijnbar in Amsterdam, is er zelfs in gespecialiseerd. Wijnwinkel La Officina op de 1e Goudsbloemdwarsstraat in Amsterdam heeft een prachtig assortiment. Restaurant Breda in Amsterdam heeft ook een mooie selectie, gekozen door sommelier Johanneke van Iwaarden:

Maar wat is Vin nature?

De makers van Vin nature werken in principe volgens een aantal criteria, maar dit is nog niet beklonken in een officieel keurmerk.

Zonder uitputtend te zijn (we houden het wel leesbaar): Vin nature wordt gemaakt zonder (of zo min mogelijk) chemisch en technologisch ingrijpen. Zowel bij het verbouwen van de druiven als bij het maken van de wijn.

Dus geen irrigatie, geen kunstmest, met de hand plukken, geen toevoegingen (van suikers, gekweekte gistcellen, smaakmakers, kleur) en zo min mogelijk klaring of filtering van de wijn.

Veel werk… maar waarvoor?

Wijnboeren die ervoor kiezen om deze wijnen te maken volgen niet de weg met de minste weerstand. In tegendeel. Het kost niet alleen meer zweet, maar ook meer tranen: de kans op fouten en mislukking is groter.

Als alles goed gaat, ruik je aroma’s die je nog niet eerder hebt geroken. Wat je proeft is puur, zuiver en fris. Wat je ruikt en wat je proeft is in evenwicht. En wat je ziet is een soms wat troebele wijn vanwege het matig klaren en niet filteren van de wijn. En dit geeft dus niks. En….Vin nature bezit geen of nauwelijks sulfiet.

Oja, hoe zit het ook alweer met sulfiet?

Ter opfrissing van het geheugen: sulfiet is een verzamelterm voor alle stoffen met zwavel en wordt toegevoegd aan de wijn om oxidatie tegen te gaan (wijn blijft daardoor langer fris en fruitig) en om de groei van bacteriën tegen te houden waardoor de wijn zuiver blijft.

Vin nature bezit dus geen of nauwelijks sulfiet en is daarmee ook ideaal voor mensen die gevoelig zijn voor sulfiet in de wijn (koppijn, droge mond).

Overigens is hier ook een andere oplossing voor: Sulfree. Eén druppeltje Sulfree (te verkrijgen in een flesje van 5 ml) haalt de sulfiet uit je glas wijn. Zonder dat de kleur, smaak of intensiteit van de wijn wordt aangetast. Het proberen waard als je gevoelig bent voor de gevolgen van sulfiet in de wijn.

Conclusie

Vin nature wint aan populariteit, en terecht. Ik vind dat wijnboeren die ergens voor staan en durven, beloond dienen te worden. Maar niet elke Vin nature is van nature goed.

Maar ben in je oordeel ook niet te streng: smaken kunnen afwijken van wat je gewend bent. Gewoon proberen dus. En dat deze wijn duurder kan zijn: je weet nu waarom!

Santé.