De smaak van: culinair journalist Janneke Vreugdenhil
In rubriek “De smaak van…”, vragen we bekende én onbekende mensen met gevoel voor smaak over hun keukengeheimen & eetgewoontes. Deze week: culinair journalist Janneke Vreugdenhil.
Janneke Vreugdenhil is culinair journalist en auteur van een flinke stapel kookboeken. Ze heeft een wekelijkse kookcolumn in nrc.next en NRC Handelsblad, en blogt en twittert dagelijks over alles wat ook maar in de verste verte met eten en drinken te maken heeft. Haar meest recente boek, Comfort Food, ligt sinds oktober 2011 in de winkel.
Wat is je favoriete gerecht?
Lastige vraag, want dat hangt van nogal wat factoren af. Van tijd, plaats, gezelschap, seizoen, weertype, fysieke gesteldheid, ja zelfs van mijn humeur. Als ik na een herfstige fietstocht natgeregend thuiskom, kun je mij niet blijer maken dan met loeihete Thaise curry of een kruidige Marokkaanse tajine. Eet ik in mijn eentje, dan kies ik meestal voor licht; sushi, salade, soep, kortom, wijveneten. Maar met vrienden of familie aan tafel eet ik graag stoere, stevige kost zoals stoofschotels, linzen met worstjes, paddestoelenrisotto, lamsbout met ratatouille, dingen waar je met gemak een fles rode wijn de man bij wegklokt. En vraag me ’s middags om 4 uur waar ik trek in heb en het antwoord zal zijn: CHOCOLA!. Daar heb ik elke dag rond die tijd echt een shotje van nodig.
Wat ligt er op dit moment zoal in je koelkast?
Wat er in elk geval altijd in te vinden is, is gezouten roomboter, chilipepers en verse gember, zo’n fijn blauw emmertje volvette Turkse yoghurt, Parmezaanse kaas en een pot van mijn eigengemaakte kimchi. Maar ik ben een onverbeterlijke hamsteraar en mijn koelkast puilt eigenlijk altijd uit. Op een of andere manier vind ik het een geruststellend idee om op elk moment een heel weeshuis te kunnen voeden. En laven, want drank is ook altijd meer dan voorradig. Ik had dat al toen ik studeerde. Als ’s nachts om 4 uur alle kroegen en zelfs de laatste obscure shoarmatenten dicht waren, eindigden we altijd in mijn keuken voor bijvoorbeeld pasta met tonijnsaus, pannenkoeken, of eieren met spek. Heerlijk, ik doe niets liever dan mijn vrienden voederen.
Waar mogen ze jou ‘s nachts voor wakker maken?
Laat we eerst afspreken dat je mij helemaal nergens nooit voor mag wakker maken. Daar word ik namelijk bloedjechagrijnig van. Maar als ik dan toch eenmaal wakker ben, doe mij dan een kom Aziatische noedelsoep. Zo’n pittige soep met van die glibberige noedels die je met behulp van twee stokjes naar binnen laat glibberen vind ik een van de fijnste dingen ter wereld om te eten.
Wat is je favoriete culinaire hotspot?
Ik moet meteen denken aan Thailand, waar ik in de meest geïmproviseerde straatrestaurantjes, op de gammelste krukjes, aan kleverigste tafeltjes de meest goddelijke gerechten heb geproefd. Gefrituurde softshell crab met hete pepers. Geroerbakte erwtenscheuten. Gestoomde vis met limoen en koriander. Zinderend, dat is goeie woord.
Maar ook New York vind ik een culinaire feeststad. Zoveel goede restaurants bij elkaar, ik raak er niet uitgegeten. Mijn favoriet blijft vooralsnog Spice Market, een van de restaurants van Jean-Georges Vongerichten.
Ik geloof dat ik echt een zwak voor de Aziatische keuken heb ja. In mijn eigen stad Den Haag ben ik de laatste tijd niet weg te slaan uit een sushi-tentje: Kiraku. Iedereen met wie ik uit eten ga sleep ik ermee naartoe. En iedereen moet van mij verplicht de Kiraku-salade nemen, een salade van o.a. flinterdun geschaafde ijsbergsla en rettich, panko (Japans broodkruim), rauwe tonijn of zalm, bonitovlokken en een romige dressing van mayonaise en wasabi. Die salade is werkelijk to die for. Of laat ik het zo zeggen: dáár mag je me nu echt ’s nachts voor wakker maken.
Wat is het beste wat je ooit uit jouw keuken getoverd hebt?
Het beste? Tja, dat zou je eigenlijk aan mijn gezin moeten vragen, want dat ik vind ik zelf moeilijk te beoordelen. Maar mijn man en kinderen zouden misschien wel ‘witte kip’ zeggen, een klassiek Chinees gerecht dat ik ooit van een Chinese leerde bereiden. De kip wordt gepocheerd tot hij net gaar is en fluweelzacht, daarna hak je hem in stukken en serveer je hem met een dip van sojasaus, gember, lenteui en arachideolie. Mijn jongste zoon drinkt die dipsaus gewoon uit z’n kommetje, zo lekker vindt-ie het.
Het recept voor de ‘witte kip’ van Janneke komt binnenkort op Culy!
Meer informatie over Janneke is te vinden op haar blog www.etenenzo.nl en op twitter: @wateetjanneke