Culy’s tips voor het pocheren van kip
We zijn zo snel geneigd om een mooi stukje kip in de pan of oven te bakken, maar kip pocheren is ook een fijne bereidingswijze. Wij geven je tips zodat het vlees heerlijk sappig blijft en extra veel smaak krijgt.
Een groot voordeel van pocheren is misschien wel dat het vlees vrij mager blijft, je gebruikt immers geen olie of boter. Maar er zijn meer redenen om de koekenpan te laten voor wat het is.
Zo voorkom je door het water tegen de kook aan te houden (in plaats van op hoog vuur te koken) dat het kippenvlees niet droog wordt. En als je extra smaakmakers zoals een bouillonblokje, een flinke snuf zout, geplette knoflookteentjes, een blaadje laurier, wat plakjes wortel, een scheutje wijn of verse kruiden toevoegt, krijgt de kip alleen maar meer smaak.
Vlees met of zonder botjes
Voor het pocheren kun je het vel eventueel verwijderen, omdat het niet zoveel smaak toevoegt als je het niet bakt. Wel kan het zorgen voor een extra beschermlaagje, wat handig uitdroging kan voorkomen als je nog niet eerder kip hebt gepocheerd.
Botjes kun je laten zitten, maar wij geven de voorkeur aan hele kipfilets of kippendijen zonder bot.
Zo ga je te werk
Bedek de kip met eventuele smaakmakers en voldoende water zodat het een paar centimeter onder staat. Breng aan de kook en zet vervolgens het vuur laag.
Afhankelijk van de dikte van het vlees kost het tussen de 10 en 14 minuten om een stukje kipfilet te garen, maar check dit altijd voor de zekerheid!
Bewaar het kookvocht en gebruik het een volgende keer om rijst, aardappels of groenten in te koken. Het heeft wellicht minder smaak dan ‘echte’ kippenbouillon, maar een stuk meer dan gewoon water.
Gebruik je gepocheerde kip voor op een broodje, door een salade of gewoon zo bij wat groenten. Ook lekker: trek de kip met twee vorken uit elkaar en meng met wat homemade barbecuesaus voor op taco’s & steamed buns, voor door roomsaus of door ouderwetse ragout.