Crespelle: de Italiaanse crêpes
Crespelle: het klinkt als de Italiaanse versie van Franse crêpes. En dat klopt. Maar vergis je niet: deze flensjes bestonden zelfs eerder dan het beroemde Franse flensje! Hoe zit dat nu?
Goed, Italiaanse flensjes dus. Maar in tegenstelling tot crêpes, worden ze meestal hartig gegeten.
Een crespella (crespelle = meervoud) is een flinterdunne pannenkoek, die eigenlijk een beetje wordt gegeten zoals je ook pasta eet. Het flensje wordt gevuld en opgerold tot canneloni, of juist gestapeld zoals een lasagne. Maar daarover straks meer. Eerst een geschiedenislesje.
Knisperend lekkere crêpes eten
Het begon allemaal in Florence…
Het verhaal gaat dat Catharina de’ Medici uit Florence de crespella bedacht. Ze was een Italiaanse die bekend stond om haar goede smaak in eten. In 1533 trouwde ze met Henry II, toen de toekomstige koning van Frankrijk, waarvoor ze naar Parijs verhuisde.
Eenmaal in Frankrijk stond ze erop haar Italiaanse chefs te laten koken en haar eigen kooktechnieken en ingrediënten te blijven serveren aan haar gasten. Daartoe behoorden ook crespelle.
Zelf crespelle maken
De bereiding is eigenlijk een beetje hetzelfde als bij crêpes of flensjes.
Er gaan bloem, eieren, melk en gesmolten boter in. Daarna een dun laagje beslag in een warme koekenpan met olijfolie of boter gieten en twee minuten bakken per kant.
Dan begint het feest: de vulling! Daarmee ga je er échte crespelle van maken. Je mag kiezen wat je vervolgens doet: vouwen of rollen.
Ideeën voor vullingen
De mogelijkheden zijn eindeloos. Vul je Italiaanse flensje bijvoorbeeld met porcini en gorgonzola, met ricotta en marinarasaus of met béchamel en witte truffel. Je kunt ze zelfs serveren in brodo (een soort bouillon).
En ben je dol op canneloni? Je kunt de pasta ook vervangen door crespelle.
Bij Bar Alto in Brisbane, Australië vullen ze ze met pompoen en ricotta en serveren ze ze opgerold in een beurre noisette met salie. Yum!